7 november 2018 door: T.Stegeman Mysterie rond de joffers van Beckum Expositie rond raadselachtige executie

Hun leven maar vooral hun dood is altijd omgeven geweest door een waas van onduidelijkheden en vragen. Het leidde tot aannames waarvan nadien moeilijk vast te stellen bleek, wat nu feit was en wat fictie. De vrouwen werden bezongen in Martelaarsliederen en genoemd in martelaarsboeken. Drie historische romans deden er nog een schepje bovenop. En steeds weer rijst de vraag: Wat was er nu eigenlijk aan de hand? Henk Boom, journalist en schrijver dook in de historie  en probeert een antwoord te vinden op die vragen. Hij schreef er een boek over. Naar aanleiding van dit boek: Martelaressen van Adel, is in het Bussemakerhuis een expositie ingericht.

Maria van Beckum( niet te verwarren met de plaats Beckum) en haar schoonzuster Ursula van Werdum, die getrouwd was met Johan, de broer van Maria,  woonden op het Nijenhuis in Diepenheim. Het was de zestiende eeuw, de Tachtigjarige oorlog woedt en er worden protesten geuit tegen de Rooms Katholiek Kerk. Luther predikt soberheid, Johan Calvijn ging nog een stapje verder en Menno Simons predikte de wederdoop. De Doopsgezinden zoals zijn volgelingen zich noemen zijn van mening dat gelovigen zich pas op volwassen leeftijd moeten laten dopen en dat ze daarvoor hun eigen belijdenis schrijven. Keizer Karel V, in die periode heerser over een groot deel van Europa waaronder Nederland en Spanje, was vurig  Rooms Katholiek en eiste van zijn onderdanen dat zij ook katholiek waren. Dat was zelfs een van de aanleidingen voor de Tachtig jarige oorlog.  Andersdenkenden werden meedogenloos gestraft, zelfs met de doodstraf. Ondanks deze dreiging voelden Maria en Ursula toch sympathieën voor de leer van Menno Simons. Dit nieuws bereikte uiteraard ook de keizer en die gaf landvoogdes Maria van Hongarije de opdracht om de dames te arresteren.  Deze gaf op haar beurt het bevel door aan Goossen van Raesfelt, de Drost van Twente die op Kasteel Twickel woonde. Maria, een ongetrouwde vrouw werd gearresteerd en haar schoonzus Ursula, die geen kinderen kon krijgen, vergezelde haar. De vrouwen werden naar Deventer gebracht voor verhoor. Opvallend is dat deze twee dames heel standvastig bleven en zich niet op andere gedachten lieten brengen. Ook niet met het vooruitzicht dat ze mogelijk verbrand zouden worden. Met name in die tijd is dat heel opmerkelijk te noemen. Van Raesfelt weet dan ook eigenlijk niet zo goed wat hij met hen aan moet. Bovendien was het niet gebruikelijk, zeker niet hier in Twente,  dat mensen van adel op de brandstapel gebracht werden. Er is dan ook een brief bewaard aan de adel uit deze omgeving, waarin hij om raad vraagt.  Helaas is het antwoord onbevredigend, de adel was de handen in onschuld en wijst de verantwoordelijkheid af. Maar liefst vier maanden worden Maria en Ursula gevangen gehouden op Twickel. Op 13 november worden ze met paard en wagen naar het Galgenveld gereden en op de brandstapel levend verbrand.

Originele

documenten

Alle ruimtes van het Bussemakerhuis zijn aangekleed in de stijl van de zestiende eeuw. Dit om de sfeer uit die periode weer te geven. Daarnaast zijn er zijn documenten te zien die te maken hebben met de veroordeling van de vrouwen. Brieven die geschreven zijn, het doodsvonnis, geschreven door Maria van Hongarije en veel wapens. Tevens is een oud boek met martelarenliederen en gedichten te bewonderen. Heel bijzonder is het Wonderboek dat in 1543 door David Joris geschreven is. Hierin wordt de verbranding van de joffers, zoals de vrouwen genoemd werden, al genoemd. De expositiecommissie heeft deze originele stukken van diverse locaties naar Borne weten te krijgen. Musea uit Zwolle, Assen en Enschede hebben meegewerkt aan de realisatie. Een documentaire die vertoont wordt in een van de kamers geeft een kijkje in het leven van de joffers. ‘’Het verhaal van de beide vrouwen hebben we zoveel mogelijk in de gang uitgebeeld’’, verklaart Wilma Witteman van de tentoonstellingscommissie. Dan blijkt weer dat er veel onduidelijk is. Waar zijn onder meer de verslagen van hun verhoor gebleven? Waren ze wel echt doopsgezind? Was er wellicht sprake van een ketterjacht of waren er misschien andere belangen?

De expositie is te zien tot 2 februari 2019. De openingstijden zijn: Dinsdag tot en met zondag van 13.30 tot 17.00 u

A.H.